Leerlingenzorg

Zorgstructuur

Niveau 1. De groepsleerkracht
De groepsleerkracht zal in de meeste gevallen de eerste zijn die uitval signaleert. Hij/zij kan een leerling extra oefenstof geven.

Niveau 2. De intern begeleider (IB’er)
Wanneer dit niet toereikend is, overlegt de leerkracht met de IB’er over extra hulp voor de leerling binnen of buiten de groep. Deze hulp wordt vastgelegd in een handelingsplan. De uitvoering van de hulp vindt plaats door de RT’er (remedial teacher) en/of door de OA’er (onderwijsassistent).

Niveau 3. De schoolbegeleidingsdienst (SBD)
Onze school is aangesloten bij de landelijke schoolbegeleidingsdienst KOC Diensten (link toevoegen?). Wanneer de door onze school geboden extra ondersteuning niet het gewenste resultaat oplevert, kunnen we advies inwinnen bij de schoolbegeleider. Een vervolgstap kan zijn dat de begeleider een onderzoek afneemt. Deze geeft naar aanleiding van het onderzoek adviezen aan de IB’er en de groepsleerkracht over de voortgang van de hulp aan de leerling.

Niveau 4. Het ondersteuningsteam (OT)
Het kan zijn dat de problematiek complexer is, waardoor er besloten wordt om een leerling te bespreken binnen het ondersteuningsteam van de school. Aan dit team nemen de IB’er en de schoolbegeleider deel en eventueel de schakelfunctionaris van de gemeente (CJG), de schoolverpleegkundige en/of overige specialisten, zoals bijv. een logopedist of ergotherapeut. In samenspraak met u als ouder(s) bepalen we welke ondersteuning een leerling nodig heeft.

Niveau 5. Het Loket
In incidentele gevallen is de ondersteuning op de basisschool ontoereikend en is het nodig om de leerling aan te melden bij de school voor speciaal basisonderwijs of speciaal onderwijs. Een dergelijke aanvraag wordt behandeld door een speciale commissie, nl. Het Loket van regio Midden. Dit is een commissie die deel uitmaakt van het samenwerkingsverband van onze scholen.
Het kan ook zijn dat uit de OT-bespreking naar voren komt dat een leerling wel op de basisschool kan blijven, maar dat specifieke ondersteuning noodzakelijk is. Er kan dan besloten worden om extra zorg binnen de school te halen, een zogeheten arrangement.

Speciale hulp

Plusklas
Op onze school hebben we een Plusklas voor rekenen. In de Plusklas zitten kinderen die het gewone rekenprogramma niet meer kunnen volgen en in de Plusklas een eigen rekenprogramma volgen.

Connect en Ralfi
Voor kinderen die moeilijk tot technisch lezen komen, maken we gebruik van de Connect- en Ralfimethode, methodieken gericht op het vergroten van de leesvaardigheid van kinderen bij wie het leesproces dreigt te stagneren of stagneert.

Sova-training en spelbegeleiding
In het kader van de sociale en emotionele vorming van onze kinderen geven we aan een groepje daarvoor geselecteerde kinderen uit groep 6 tot 8 een aantal extra Sova-lessen. Voor kinderen uit groep 1 tot 5 kunnen wij hiervoor spelbegeleiding inzetten.

Zangles
Wanneer kinderen moeizaam zingen of slecht wijs kunnen houden, kan één van de leerkrachten zangles geven.

Stergroep
Kinderen die op vrijwel alle vakgebieden meer aankunnen, krijgen op onze school specifieke begeleiding. Deze kinderen worden gesignaleerd d.m.v. bijvoorbeeld een IQ-test, Cito-gegevens, observaties van leerkrachten en informatie van ouders. In de kleutergroepen vindt extra uitdaging vooral binnen de groep plaats; vanaf groep 3 vindt dit plaats buiten de eigen groep, in de Stergroep. Elke week krijgen deze kinderen van groep 3 t/m 8 vakoverstijgende opdrachten. Verder maken deze kinderen indien van toepassing minder rekenstof uit de reguliere rekenmethode. Hierdoor ontstaat er ruimte voor verrijkings- en verdiepingsstof. Plaatsing in de Stergroep gebeurt in overleg met de ouders.